Security professionals noemen hacken van verkiezingen cyberoorlogshandeling

78% van de security professionals is van mening dat cyberaanvallen op verkiezingen gezien zouden worden als een cyberoorlogshandeling, indien deze wordt uitgevoerd door of in opdracht van een land. Bijna 9 op de 10 (88%) beveiligingsexperts van mening dat overheden onvoldoende doen om dergelijke cyberaanvallen af te schrikken. 60% is van mening dat cyberaanvallers de uitkomst van een verkiezing kunnen manipuleren, terwijl 27% denkt dat dit al is gebeurd.

Dit blijkt uit onderzoek van beveiligingsbedrijf Venafi onder 296 IT security professionals op de Black Hat conferentie, die in juli is georganiseerd in Las Vegas. De angst voor cyberaanvallen bedoeld om de uitslag van verkiezingen te manipuleren wordt steeds groter. Zo blijkt uit onderzoek van de National Security Agency dat aanvallers voorafgaand aan de Amerikaanse verkiezingen van 2016 een cyberaanval hebben uitgevoerd op VR Systems, een bedrijf dat stemsystemen levert.

“De definitie van een oorlogshandeling is een actie door een land tegen een ander land dat direct de vrede bedreigd”, stelt Jeff Hudson, CEO van Venafi. “Een poging de verkiezingen te hacken kan dan ook eenvoudig worden gezien als een cyberoorlogshandeling. Het doel hiervan is de fundering van de overheid te ondermijnen, die verantwoordelijk is voor het beschermen van het land. Verkiezingen zijn doelwit van cyberaanvallen, en de mogelijke consequenties van het hacken van verkiezingen kunnen niet worden onderschat. Malafide actoren hebben de mogelijkheid databases met stemgerechtigden aan te passen, het tellen van stemmen te vertragen en het vertrouwen in het verkiezingsproces te ondermijnen.”